Een Joodse familie vlucht in 1938 voor het Nazi-regime naar Kenia. Waar ze voorheen een luxueus leventje hadden, moeten ze hun bestaan weer opnieuw zien op te bouwen. Vader Walter, een advocaat, gaat op de boerderij werken, terwijl moeder Jettel elke vorm van aanpassen afwijst.

Eigenlijk wilde de manager van een tabaksbedrijf alleen maar aangifte doen van een vervalsing van de balans, maar dan komt de politie de sigarettenmaffia op het spoor. Nu moet hij met zijn vrouw en kind ter plekke onderduiken. Dit is een val uit het niets, vooral voor zijn vrouw, omdat ze niets wist van de actie; En zeker niet door zijn geliefde. Het gezin vindt een toevluchtsoord bij de zee, maar er is een lek bij de politie...