Het jaar 1901. In een psychiatrisch ziekenhuis in het door Rusland geannexeerde deel van Polen wordt Jozef Piłsudski als politiek gevangene vastgehouden. Hij wordt door de Poolse illegale onafhankelijkheidsbeweging bevrijd, maar zal de rest van zijn leven geen rust kennen en zich te midden van allerlei politieke stromingen staande moeten houden om zich in te kunnen zetten voor de onafhankelijkheid van Polen.

Het is 1940. Het eerste transport van gevangenen arriveert in het nieuw opgerichte concentratiekamp Auschwitz. Eén van hen is Tadeusz 'Teddy' Pietrzykowski. Voor de oorlog was hij de bokskampioen van Warschau. De kampofficieren dwingen hem in de ring te vechten voor zijn leven en dat van de andere gevangenen. Maar elke keer als Teddy wint, versterkt hij de hoop dat de nazi's niet onoverwinnelijk zijn. De officieren van Auschwitz merken het groeiende verzet al snel op, wat de confrontatie met de autoriteiten van het kamp onvermijdelijk maakt.

Een carrièremaker uit Warschau, die niet van honden houdt, moet om professionele redenen naar Krakau, waar ze een charmante weduwnaar, zijn zoon en hun viervoetige huisdier ontmoet.

Nina, een voormalig NAVO-agent voor speciale operaties die ondergedoken zit, moet al haar dodelijke vaardigheden gebruiken om haar zoon te redden die is ontvoerd door meedogenloze gangsters. Max vinden is een dubbele kans voor haar. Een kans om de adrenalinestoot weer te voelen, en een kans om terug te keren in het leven van de zoon die ze jaren geleden in de steek moest laten.