In de jaren 30 is het Australische beleid er op gericht om halfbloed-kinderen van hun Aboriginal moeders weg te halen en hen elders op te voeden. Molly, Daisy en Grace weten al snel te ontsnappen uit het kamp waar ze terecht komen. Ze volgen een duizenden kilometers lang hek in een trektocht door de Australische outback, op zoek naar hun moeder. A.O. Neville, "Chief Protector of Aborigines", doet er alles aan om de meiden te vinden.

Sandy is geologe. Ze raakt verzeild in een eindeloos lijkende woestijn in Australie, samen met een Japanse zakenman Hiromitsu. De twee zijn behoorlijk verschillend, het klikt dan ook niet tussen de twee. Met zo veel ruimte en zo weinig mensen in de buurt, blijkt het dat ze hoe dan ook elkaar nodig hebben. Ze passen zich aan, met de consequentie dat hun leven nooit meer hetzelfde zal zijn.