Wanneer Napoleon het Russische rijk bedreigt met een inval is de lafaard Boris Grushenko gedwongen om zich bij het leger aan te melden met als doel zijn land te redden. Hij neemt inderdaad een groep Franse officieren gevangen maar het Franse leger is te sterk en bereikt Moskou.

Veroordeeld voor de moord op zijn vrouw, een misdaad waarvan hij zichzelf onschuldig verklaart, zit Jacques Mazur een lange straf uit in een gevangenis waar zijn aanwezigheid voor ontwrichting zorgt.

De antisemitische en conservatieve fabriekseigenaar Victor Pivert is bij toeval getuige van de mislukte aanslag op een Arabische revolutionair. Om te ontsnappen aan de achtervolgers van de Arabische geheime dienst verkleden hij en de revolutionair zich als een rabbijn en zijn metgezel. Pivert en de Arabier Slimane worden nu aangezien als rabbijn Jacob en zijn secretaris, twee in Amerika wonende geestelijken die in Frankrijk worden verwacht.

Louis-Phillippe Fourchaume is een heetgebakerde directeur van een Frans bedrijf dat zeiljachten ontwerpt ontslaat in een driftbui zijn ontwerper André Castagnier. Wat hij evenwel niet beseft, is dat de arme man zijn enige hoop is om een contract met een Italiaanse magnaat in de wacht te slepen. Druftkikker Fourchaume zal er dus alles aan moeten doen om Castagnier te overtuigen terug voor hem te komen werken. Helaas dreigen zijn oncontroleerbare woede-uitbarstingen zijn geniepig plannetje in het water te doen vallen...

Na een slecht beursadvies van zijn buur-bankier Durand-Mareuil, zit Victor in zak en as. Samen met zijn familieleden besluit hij het geld terug te halen waar het zit en een tunnel te graven naar de kluis van de bank. Het plannetje mislukt echter wanneer blijkt dat de goudstaven van lood zijn. Tijdens een confrontatie kijken ze elkaar vol argwaan aan. Victor weet dat de bankier een dief is, terwijl Durand-Mareuil net ontdekt heeft dat Victor hem wilde beroven.