In het fictieve stadje Spoggenpoelville regeren de heer Spog en de heer Poel oppermachtig. Hoewel ze niet bijzonder slim zijn, runnen en bezitten ze alles. Bovendien zijn zij burgemeester en loco-burgemeester van de stad. Maar op een dag gooien twee mannen uit Johannesburg roet in het eten. De heer Brand en de heer Borelli willen een stuk Spoggenpoelville kopen, compleet met mineraalrechten. Spog en Poel zeggen nee. Als wraak besluiten de twee speculanten zich kandidaat te stellen voor burgemeester en loco-burgemeester. Opeens moeten Spog en Poel leren politici te worden, de dames te charmeren en de schurken te slim af te zijn, terwijl ze tegelijkertijd proberen een clownachtig figuur te ontwijken die hen een goudmijn wil verkopen.