Mumble, de meester van de tapdance, heeft een probleem. Zijn kleine zoon Erik is bang om te dansen. Hij loopt weg van huis en ontmoet de machtige Sven, een pinguïn die kan vliegen! Mumble heeft weinig hoop om enige concurrentie te bieden aan dit machtige voorbeeldfiguur, maar het wordt allemaal nog erger wanneer de wereld opgeschud wordt door onvoorziene invloedrijke krachten.

De Keizerspinguïns op Antarctica zingen om partners aan te trekken. Helaas is Mumble de slechtst denkbare zanger. Dit probeert hij echter te compenseren met zijn uitzonderlijke tapdans-kwaliteiten.