Matthew en Trini zijn op een romantische vakantie in Argentinië. Hun reis verandert in een nachtmerrie wanneer ze worden ontvoerd door een bende drugshandelaren. De criminelen eisen dat Matthew een lading cocaïne naar Spanje vervoert en laten Trini achter als gijzelaar met de garantie dat Matthew de drugs zal afleveren. Zodra hij hun missie heeft volbracht, beloven de drugshandelaren Matthew dat Trini op de volgende vlucht naar Madrid zal zitten.

Tijdens een tussenstop op haar reis naar Chili herkent de 31-jarige zwemster Maria een voor haar onbekend kinderliedje in Buenos Aires. Maria spreekt geen woord Spaans, maar zonder het te begrijpen herinnert ze zich de Spaanse tekst en de melodie van het lied. Verstoord en uit het spoor geraakt, onderbreekt ze haar reis en blijft in de vreemde stad. Terwijl ze op zoek is naar een verklaring, verschijnt haar vader Anton plotseling in Argentinië. Hij bekent aan zijn dochter de waarheid over haar werkelijke afkomst. Maria woonde eind jaren zeventig de eerste drie jaar van haar leven in Buenos Aires. Toen haar biologische ouders in 1980 verdwenen als slachtoffer van de Argentijnse militaire dictatuur, werd Maria door Anton en zijn vrouw geadopteerd en naar Duitsland gebracht.